Zoeken
Sluit dit zoekvak.

Gesloten EPD-systeem vs Open architectuur in de fysiotherapie

Het belangrijkste verschil tussen een monolitisch systeem en een systeem met open architectuur ligt in hun ontwerp en integratie. Een monolitisch systeem integreert alle componenten tot één geheel, terwijl een systeem met open architectuur bestaat uit onafhankelijke, modulaire componenten die via interfaces met elkaar communiceren.

Een gesloten EPD-systeem (monolitisch software systeem) is als een grote ui. Bij traditionele softwarearchitectuur zijn alle componenten en functionaliteiten van de applicatie als één geheel geïntegreerd. Alle aspecten van de applicatie, zoals de gebruikersinterface (dat wat de eindgebruiker met de architectuur verbindt), architectuur en database zijn samengevoegd in één enkele codebase en worden als één enkele eenheid ontwikkeld en geschaald. Dit geldt overigens niet alleen voor een EPD-systeem, maar ook bijvoorbeeld een app. Ingewikkeld… We leggen het even uit!

Kenmerken van monolitisch EPD-systeem in de fysiotherapie

Dit zijn de kenmerken van een monolitisch software systeem in de fysiotherapie:

Centrale architectuur

Alle componenten zitten binnen dezelfde codebase en worden samen uitgevoerd als één applicatie.

Moeite met opschalen

Het schalen van een monolitisch systeem kan moeilijk zijn omdat alle componenten samen moeten worden geschaald. Zelfs als je een klein deel van de applicatie wilt aanpassen. Dit is de reden waarom ontwikkelen langzaam gaat.

Moeilijker onderhoud

Omdat alles geïntegreerd is, kan het moeilijker zijn om specifieke onderdelen van de applicatie te wijzigen zonder onbedoelde neveneffecten te veroorzaken. Zo kan het zijn dat bij een nieuwe release bepaalde functies niet meer goed samenwerken of bepaalde instellingen zijn in de nieuwe versie niet goed meegekomen.

EPD-Systeem met open architectuur in de fysiotherapie

Een software systeem met een open architectuur is ook bekend als een modulaire of gedistribueerde architectuur. Dit bestaat uit verschillende onafhankelijke componenten die met elkaar communiceren via goed gedefinieerde interfaces. Deze componenten kunnen worden ontwikkeld met verschillende technologieën en talen en kunnen onafhankelijk van elkaar worden doorontwikkeld en geschaald.

Kenmerken van een systeem met open architectuur

Dit zijn de kenmerken van een EPD-systeem of app met een open architectuur in de fysiotherapie:

Modulaire opbouw

Het systeem bestaat uit afzonderlijke modules die met elkaar communiceren via interfaces. Deze modules kunnen onafhankelijk worden ontwikkeld en vervangen zonder verstoring van andere delen van het systeem

Schaalbaar en flexibilteit

Omdat componenten afzonderlijk kunnen worden geschaald kan het systeem met open architectuur makkelijker worden aangepast aan veranderende eisen, wensen en gebruikersaantallen.

Onderhoud

Omdat modules onafhankelijk zijn is het makkelijker om specifieke delen van het systeem te wijzigen, te onderhouden of te upgraden zonder de rest van het systeem te beïnvloeden.

Belangrijkste verschil tussen gesloten software systeem en open architectuur:

Het belangrijkste verschil tussen een monolitisch systeem en een systeem met open architectuur ligt in hun ontwerp en integratie. Een monolitisch systeem integreert alle componenten tot één geheel, terwijl een systeem met open architectuur bestaat uit onafhankelijke, modulaire componenten die via interfaces met elkaar communiceren. Het systeem met open architectuur biedt meer flexibliteit, schaalbaarheid en is onderhoudsvriendelijker. Juist in de complexe en snel veranderende gezondheidszorg.

Ook interessant